We kennen allemaal wel Port, of anders is het in elk geval een vertrouwde naam. Maar hoe die speciale wijn eigenlijk wordt gemaakt, dat is niet bij iedereen bekend.
Normaal gesproken laat men bij het wijnmaken de geoogste druiven lekker gisten, net zolang tot alle natuurlijke suikers vanzelf in alcohol zijn omgezet. Dan is het zoet van het druivensap dus nagenoeg weg. Als je dat zoet nou juist wilt behouden, moet je dus een trucje verzinnen, en dat is het halverwege het gistingsproces zelf toevoegen van alcohol. Gek genoeg stopt dan het omzettingsproces (de gistcellen kunnen niet tegen een alcoholpercentage van 13 à 15 en sterven af) en het resultaat is een flink sterke wijn met nog steeds veel suikers erin, dús met een zoete smaak.
De gebruikte druivensoorten in de Douro-streek, Portugal, zijn er vele, de meeste beginnend met ‘Touriga’ of ‘Tinto’, maar de soorten precies per Port-soort aangeven is niet gebruikelijk. Per jaargang wordt er gekozen welke soorten meedoen en of er wel of niet ontsteeld moet worden. Zo kan de smaak en kwaliteit van eenzelfde Port nogal verschillen van jaar tot jaar, maar dat is juist de verrassing voor ons!
Deze rode Lagarada-port ken ik al jaren en blijkt behoorlijk constant qua smaak en sterkte. Hij is dan ook samengesteld uit diverse wijnen uit dezelfde wijngaarden en als de producent maar goed genoeg is, blijft de kwaliteit min of meer gelijk. Na 10 jaar op hout te hebben gelegen is de huidige partij Lagarada dit jaar gebotteld. Een mooie donkerrode kleur met een beetje Tawny-bruin erin wordt gevolgd door een zoete, roodfruitachtige geur en volle, notige smaak. Ik vind hem lekker sterk van karakter, en hij maakt een blijvende warme indruk. Hij is heerlijk om vooraf te drinken, en hij kan prima bij de zoete(re) desserts.
Geschikt als aperitief, bij zoete desserts, zachte en harde kazen.
€9,- bij Aldi